Organisatie en beleid gezondheidszorg

In de zorg vind er centralisatie plaats ziekenhuizen specialiseren zich in bepaalde takken van de gezondheid. Er kan bijvoorbeeld een oncologisch centrum bij een ziekenhuis zitten.

Decentralisatie betekent dat de zorg steeds meer naar de gemeente komt en ook meer geregeld wordt door de gemeente. Dit is nu al het geval met de thuiszorg.

In de 19de eeuw was het ziekenhuis meer gericht op care op het moment is het ziekenhuis gericht op cure. Daarnaast was ziekenhuiszorg gericht op verzorging van de armen en kregen de rijkere de zorg thuis. Ook starten in die tijd de kruisverenigingen en bemoeit de overheid zich nog weinig met de zorg.

In de periode tot 1945 wordt er gestart met opleidingen onder andere van de verpleegkundigen. De ziekenhuizen gaan meer behandelen in plaats van zorgen. Opkomst van de specialisten, de kruisverenigingen gaan zich bezig houden met volksziekten en preventie. Er wordt een samenhangend systeem ingevoerd namelijk de ziekenfondsen.

In de periode van 1945 tot 1970 is er een periode van wederopbouw na de oorlog.  De omslag van care naar cure in de zorg. Er is een expansieve groei van  voorzieningen.  In 1967 wordt de AWBZ ingevoerd. AWBZ loopt momenteel ten einde. Het wordt nu omgezet in WMO + wet langdurige zorg.

Van 1970 tot 1985 de zorgsector is een probleemsector doordat kosten de pan uit rijzen. De laatste 30 jaar is er onrust in de zorg er is geen samenhang in voorzieningen.

Van 1985 tot 2000 wordt de  commissie Structuur en Financiering Gezondheidszorg gevormd:  ‘Bereidheid tot veranderen’. Daarnaast ontstaan er relaties tussen de overheid, zorgverzekeraar, zorgverleners en zorgvragers. In 2004 heeft het bedrijfsleven een relatie gekregen met de zorg (stakeholder).  Zo is voor phillips ontwikkelingen voor de zorg nu een corebusiness in plaats van tv en lampen zoals 5 jaar geleden. Healthcare wordt steeds belangrijk voor bedrijven, Apple richt zich ook op leefstijl en welzijn.

Vanaf 2000 tot het heden is er directe toegang tot de zorg. Er zijn ‘vrije’ tarieven en marktwerking in de gezondheidszorg.  De ziekenfonds zijn afgeschaft en er is vanaf 2006 een zorgverzekeringswet gekomen.

Er is een ordening van de gezondheidszorg in:
Preventie, handhaving en bevordering van gezondheid
Cure, herstellen van gezondheid
Care, draaglijk maken en draaglijk houden van de gezondheid.

Het beleid oftewel de spelregels van de gezondheidszorg zijn:
- inhoud van de zorg, het aanbod, 
- structuur en aanbod van zorg , ordening
- financiering van zorg, kosten
- kwaliteit van zorg,  eisen 

Op het moment is de zorg zo georganiseerd dat er sprake is van stelsels.
Tussen de zorgverlener en de zorgverzekeraar is er een overeenkomstenstelsel
Tussen de zorgverzekeraar en de zorgvrager een verzekeringsstelsel
En tussen zorgvrager en zorgverlener een kwaliteitsstelsel

De algemene rollen van de verschillende partijen zijn:

Zorgverzekeraars sturen op doelmatige inrichting van het zorglandschap, waarbij veiligheid, kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid de uitgangspunten zijn.

Zorgaanbieders zijn verantwoordelijk voor het leveren van doelmatige en gepaste zorg en zullen hierover transparant zijn richting patiënten, zorgverzekeraars en overheid.

De overheid is  verantwoordelijk voor betaalbaarheid, toegankelijkheid en kwaliteit en schept randvoorwaarden zodat aanbieders en zorgverzekeraars als private partijen hun rol in het zorgstelsel kunnen spelen.

Zorgvrager is de consument, streven naar gezond leven, heeft kritische houding naar overheid, zorgverzekeraar en zorgverlener, heeft een toegenomen keuzevrijheid, zorgvraag wordt beïnvloed door demografische, economische, politieke, culturele ontwikkelingen